Ofwel zit het in het hoofd ofwel in het bloed, maar het zit er.
Of liever, het zit er niet meer. Ik ben iets kwijt en het ligt ergens in de
Alpen. Onderweg zag ik zelf pompjes, binnenbanden, hoogteprofieltjes en lege
verpakkingen van gelletjes. Een fitte biker na mij merkte wellicht mijn
sprankel op. Hopelijk heeft die hem opgeraapt en ligt hij daar nu niet te
verpieteren. Ik gaf mezelf tijdens de race niet de tijd om van de omgeving te
genieten, laat staan om te stoppen voor interessante dingen. Maar misschien was
niet iedereen zoals ik en maakt mijn sprankel nu toch iemand gelukkig? Daarnet
was ik bij de dokter. Als je je pomp kwijt bent, ga je naar je fietsenmaker.
Het kost je wat gevloek, 20€ en je bent weer gesteld. Maar wat moet je als je
je sprankel kwijt bent? Mijn eigen huisarts is met vakantie, ik ga naar die van
mijn partner. "Juffrouw Mertens, zegt u het maar!" Ik zie
het licht in zijn ogen en ik hap naar lucht, er werd me nooit verteld dat Dr. D
zo'n spetter was. Ik weet het plots niet meer. "Euhhh... Ik kwam voor een
bloedtest." Even wil ik het verhaal van de verloren sprankel afsteken,
maar ik bijt nog net op mijn tong. Ik maak ervan: "Ben een beetje diep
gegaan in de sport. Voor ik mijn trainingen weer opneem, wil ik graag
weten of er niets in me ontbreekt." De knappe dokter lijkt te begrijpen
wat ik bedoel. De naald prikt in mijn arm, maar zijn vingers op mijn huid is
het enige wat ik voel. Het vuur in zijn ogen brandt tot diep van binnen. Bij
elke druppel bloed die langs de naald wordt opgehaald, voel ik me een tikkeltje
meer levend worden. “Alles onder controle?”, vraagt de bink, “Wil je gaan liggen?”
Ik denk: “Ja dat wil ik.” en ik zeg beleefd: “Neen, dank u Dokter.”
De bloedafname is te snel voorbij en het afscheid te kort, maar
als ik buitenstap kan ik de wereld aan. Ik zie mezelf opnieuw de Transalp rijden.
In deze editie heb ik tijd om te stoppen voor verloren pompjes en andermans
sprankel. Ik geniet van vergezichten op besneeuwde bergtoppen en lager gelegen azuurblauwe
meren. De geur van de alpenweides snuif ik op en de zeldzame Edelweiss ontgaat
me niet. Heidi en Anton aus Tirol trakteren me boven op de Idjoch op
weissbier en ik eindig natuurlijk op het podium. Morgen weet ik of het mis zit
in het hoofd of dat er elementaire bouwsteentjes in het bloed ontbreken. Maar
wat maakt het uit? Ik begrijp in één ogenblik het hele systeem: Volgende keer ga
ik vòòr een belangrijke wedstrijd langs bij Dr. D. Want dat is toch wat grote atleten doen? Zij
hebben allemaal zo’n stuk van een huisdokter, die neemt bij hen bloed af en
schiet terwijl met de ogen een sprankel af. Bloeddoping? Informeer subtiel bij collega
bikers die het goed doen in de competitie, een van hen zal je wel de gouden tip
aanreiken. Met jullie, vrouwelijke collega’s, deel ik met plezier het adres van
mijn bloedhete dokter, tegen betaling natuurlijk en alleen als jullie aantreden
in een andere wedstrijd. Bloeddoping? Het woord is sinds vandaag wel heel anders
geladen.